Spreektekst Verstrekken van een hybride lening aan BNG

Voorzitter,

 

Dit college wil in navolging van afgelopen maart, nu alweer publiek geld wegsluizen via een vage constructie naar een dubieuze doelstelling. We hebben het wederom over een dossier vol schimmigheden en mist, geheimzinnigheid en vooral onduidelijkheid.

 

Waar gaat het hier om voorzitter?

 

Volgens het statenvoorstel hebben we het over het verstrekken van een zogeheten hybride lening aan de Bank Nederlandse Gemeenten door 6 provincies (Groningen, Friesland, Drenthe, Overijssel, Gelderland en Noord-Brabant) en 2 niet nader genoemde gemeentes.

 

De uitgewerkte voorwaarden voor de hybride lening zijn volgens het statenvoorstel voor alle partijen gelijk. Wilt u die even vasthouden?

 

Voorzitter, hier eindigt de bruikbaarheid van het voorliggende Brabantse statenvoorstel, want nogmaals, schimmigheid is troef.

 

Zo treffen we in het voorstel niet eens aan hoeveel geld GS nou eigenlijk wil wegzetten bij de Bank Nederlandse Gemeenten. Kan het college eens uitleggen waarom dat bedrag niet genoemd wordt? Mag de burger dat soms niet weten?

 

En het college onderbouwt het verstrekken van de lening als een bijdrage aan maatschappelijk rendement in Noord-Brabant. Bankje spelen vindt dit college een bijdrage aan maatschappelijk rendement. Je moet het maar durven. Terwijl de doelstelling in feite is -zo lezen we in de paragraaf aanleiding- om het eigen vermogen van de Bank Nederlandse Gemeenten te vergroten.

 

Voor de provincie heeft dit voorstel helemaal niets met maatschappelijke doelen te maken, dit heeft enkel en alleen met zo hoog mogelijk rendement te maken. Laten we de lening dus vooral noemen wat hij is, namelijk een schijnlening, bedoeld om de wet Schatkistbankieren te omzeilen, en bedoeld om zoveel mogelijk geld binnen te harken om linkse hobby’s te financieren.

 

Het is en blijft namelijk een belangrijk feit dat het de spilzucht van dit college is die de drang naar een zo hoog mogelijk rendement voedt. Dit college wil niets liever dan structureel veel geld in de begroting kunnen inboeken voor linkse hobby’s als klimaatindoctrinatie en elitaire kunstprojecten

 

In plaats van gokken met publiek geld zou het college de tering naar de nering moeten zetten. Rente-inkomsten zijn een leuke bijkomstigheid van in het verleden veel kapitaal hebben kunnen opbouwen, maar het college rekent de rente-inkomsten als een structurele opbrengst in de begroting in, simpelweg om de hobby-uitgaven te kunnen betalen onder een zogenaamd sluitende begroting.

 

Voorzitter, om te snappen waar het in dit dossier nou echt om gaat, bieden statenvoorstellen over ditzelfde dossier van de genoemde andere provincies veel méér duidelijkheid. Zoals ik aangaf, de uitgewerkte voorwaarden voor de hybride lening zijn volgens het college voor alle partijen gelijk. Laten we aan de woorden van het college wat dat betreft vooral niet twijfelen, maar dat betekent dus dat de leningspecifieke informatie uit statenvoorstellen van de collega-provincies onverkort van toepassing zijn op de situatie hier in Noord-Brabant.

 

Voorzitter, een aantal van die statenvoorstellen van de collega-provincies zoals die van Groningen en Limburg zijn aanmerkelijk duidelijker en bevatten veel meer verhelderende achtergrondinformatie bijvoorbeeld over de nadelen en risico's van de gekozen leningconstructie. De Brabantse volksvertegenwoordiging en vooral de burgers moeten het daarentegen doen met een schimmig vod.

 

Ik vraag het college dan ook waarom moeten de Brabantse burgers het doen met dit vage statenvoorstel, terwijl de voorstellen van andere provincies veel meer informatie bevatten?

 

En voorzitter, om eens wat voorbeelden te noemen van waar die andere provincies beduidend duidelijker zijn, is bijvoorbeeld iets simpels als het bedrag van de lening, maar daarnaast ook het benoemen van de risico's en de mitsen en de maren verbonden aan de gekozen constructie.

 

Vergeleken bij een aantal van de statenvoorstellen van de collega-provincies is het voorliggende voorstel hier in Brabant net een glibberig verkooppraatje, waar de financiële bijsluiter op een paar zijdelingse cryptische verhullende zinnen na in feite ontbreekt.

 

Dat brengt me direct al bij een prangende vraag aan het college. Ik gaf al aan dat het vreemd is dat het statenvoorstel nergens melding maakt om hoeveel weg te brengen geld het nou eigenlijk gaat. Volgens de beantwoording van technische vragen van de PVV hierover is het bedrag van de geldlening vertrouwelijke informatie. Kan het college aangeven, waarom bij de andere provincies deze informatie gewoon in het statenvoorstel terug te vinden is en dus kennelijk niet vertrouwelijk is, en hier wel? Het ging volgens het college toch over identieke voorwaarden voor alle deelnemende partijen? Waarom mogen de inwoners van Groningen wel weten dat hun provincie 50 miljoen euro naar de BNG brengt, en is het Brabantse bedrag voor de Brabantse burgers geheim? Graag opheldering van het college.

 

Voorzitter, als je zo al die statenvoorstellen op een rijtje zet, dan vallen er wel allerlei puzzelstukjes op zijn plaats. En die leiden tot een aantal vragen. En daar wil de PVV graag een helder en to the point antwoord op hebben van het college.

 

-Is het juist, ja of nee, dat het definitieve rentepercentage van de lening nog helemaal niet vaststaat?

 

-Is het juist, ja of nee, dat het gaat om een achtergestelde lening?

 

-Is het juist, ja of nee, dat BNG de bevoegdheid heeft om geen rentebetalingen in enig jaar te doen, en dat die vervolgens ook nooit opeisbaar zijn?

 

-Is het juist, ja of nee, dat BNG de bevoegdheid heeft om een afschrijving te doen op de hoofdsom, zodanig dat bijvoorbeeld bij aflossing er minder geld terugkomt dan er was uitgeleend?

 

-Is het juist, ja of nee, dat één van de gemeenten zich inmiddels uit het consortium van 6 en 2 heeft teruggetrokken?

 

Voorzitter, bankiertje spelen is geen publieke taak, ondanks dat het college in het voorstel stelt dat het verstrekken van de hybride lening gezien moet worden als invulling van de publieke taak. Dat is enkel een juridische truc om deze dubieuze constructie mogelijk te maken.

 

Er wordt hier vanwege financieel opportunisme een louche constructie bedacht waarvan later gezegd zal worden: Ach, hadden we het maar nooit gedaan. Tjonge, als we geweten hadden dat het zo zou lopen, dan hadden we het natuurlijk niet gedaan.

 

Voorzitter, dit onderwerp is over een aantal jaren geheid een onderzoeksthema voor de Zuidelijke Rekenkamer. En niet alleen voor de Zúidelijke Rekenkamer, maar ook voor de rekenkamers in al die andere provincies die gretig toehappen naar het lucratieve dealtje. Laat niemand van u ooit beweren dat u niet gewaarschuwd bent. En weet u wat het ergste is? Het is niet het college die ooit op de blaren moet zitten, het is de burger.

 

Voorzitter, een andere kwestie. Volgens het voorstel is deze lening een subsidie, en is de verdere behandeling van de lening geregeld binnen de voorschriften van de Algemene Subsidieverordening Noord-Brabant.

 

Dat brengt ons op een aantal kwesties.

 

Voorzitter, in de Algemene Subsidieverordening (kortheidshalve ASV) is omschreven in welke vormen subsidie kan worden verstrekt. Het kan gaan om een projectsubsidie, een exploitatiesubsidie, een begrotingssubsidie of een incidentele subsidie. De subsidies in deze vormen kunnen als geldbedrag, geldlening of garantstelling worden verstrekt.

 

Kan het college ons uitleggen om welke subsidievorm het hier gaat?

 

Want als we nu eens verder kijken naar de subsidievereisten bij die verschillende vormen, dan kan het volgens de vereisten bijvoorbeeld niet gaan om een projectsubsidie, omdat het dan om een eenmalig project zou moeten gaan, terwijl het hier volgens het voorstel gaat om de versterking van het kernkapitaal van de bank. Bovendien, als het wel om een projectsubsidie gaat, dan wil de PVV graag van het college weten op grond van welke subsidieregeling de aanvraag is ingediend.

 

Om een exploitatiesubsidie kan het ook niet gaan, want dat betreft een periodieke aanspraak op financiële middelen. Bovendien, ook hier zou sprake moeten zijn van aanvraag via een subsidieregeling, dus wederom de vraag, welke subsidieregeling dan?

 

De vorm van een incidentele subsidie dan? Onlogisch voorzitter, omdat de aanvraag daarvan een beperkt tijdvak van maximaal vier jaar beslaat, terwijl we het hier hebben over een eeuwigdurende lening aan BNG.

 

Zou het een begrotingssubsidie zijn dan? Dat moet dan wel, er is geen ander smaakje meer over. In dat geval zijn wij razend benieuwd naar de aanvraag waarin het te lenen bedrag zou moeten zijn opgenomen, en onder meer zijn berekend op basis van de regeling berekeningswijze subsidiabele kosten. Subsidiestukken zijn toch niet geheim, immers?

 

Kan GS op heldere wijze uitsluitsel geven over de vorm waarin deze subsidie is gegoten en de toepassing van de subsidievereisten?

 

Voorzitter, verder bordurend op de ASV, een paar andere belangrijke kwesties.

 

De ASV kent een aantal weigeringsgronden voor subsidies.

 

Een van die weigeringsgronden is als de activiteiten van de aanvrager niet aantoonbaar ten goede komen aan de inwoners van Brabant. Voorzitter, deze subsidie in de vorm van een hybride lening is bedoeld om het kernkapitaal van een bank te versterken. Bankiertje spelen is geen taak van de provincie, al fantaseert het college van wel. Bovendien weet de belastingbetaler niet eens om hoeveel geld het nu gaat, laat staan wat ermee gaat gebeuren. Dat maakt dat wij vandaag kunnen stellen dat het niet kan worden aangetoond dat deze lening ten goede gaat komen aan de inwoners van Brabant, en dat deze dus moet worden geweigerd. Graag een reactie van het college.

 

Voorzitter, er is nog een andere belangrijke weigeringsgrond in onze ASV opgenomen. Een subsidie wordt namelijk geweigerd indien de aanvrager bestuurders en andere personen die voor hem werkzaam zijn hoger bezoldigt dan 100% van de bezoldiging van een minister.

 

Voorzitter, niemand hoeft een rekenwonder te zijn om te weten dat een salaris van 6 en een halve ton schofterig meer is dan een ministerssalaris. Ik herhaal het nog maar een keer voor het geval u het niet goed heeft gehoord. Zeshondervijftigduizend euro salaris. Reeds in 2005 was er al ophef over de beloningen van de directieleden bij de BNG, toen elk goed voor tussen de vier en ruim zes ton. Toenmalig minister Zalm kondigde stoer aan dat hij het beloningsysteem van de BNG wilde aanpakken. Het moet een verspreking zijn geweest, want wat hij waarschijnlijk bedoelde te zeggen is dat hij de beloning met beide handen wilde aanpakken, of iets in die trant.

 

650 duizend euro, dat is dan alleen maar de voorzitter van de Raad van Bestuur. Je moet maar durven. Dat is bijna 1800 euro per dag, en dat voorzitter, is meer dan waar veel mensen een maand hard voor moeten werken. Schaart het college de subsidie aan de BNG nog steeds onder de noemer maatschappelijk rendement? Mag ik op die vraag mede namens de belastingbetaler een reactie van dit linkse college?

 

Voorzitter, op grond van de ASV zou deze lening aan de BNG gewoon moeten zijn geweigerd, en de PVV wil van het college weten waarom zij deze subsidieaanvraag überhaupt overwogen hebben, wetende dat er meer dan voldoende weigeringsgrond is?

 

Voorzitter, dan iets over de risico's.

 

Zoals ik al aangaf is het vooral zonneschijn en roze wolken in dit statenvoorstel. Risico's worden eigenlijk vooral terzijde geschoven en maar terloops vaag benoemd.

 

Die risico's zijn echter wel degelijk aanwezig. Ik noem bijvoorbeeld het feit dat de Bank Nederlandse Gemeenten het recht heeft om in enig jaar geen rente betalingen te doen. Daar kan de provincie niets tegen inbrengen, het geld is gewoon weg. Ook is er in bepaalde gevallen het risico dat de Bank Nederlandse Gemeenten moet afschrijven op de hoofdsom. Ook daar kan de provincie niets tegen doen, en in het ergste geval is het geld gewoon weg.

 

In maart 2015 konden we bovendien in het financieel dagblad lezen dat er sprake was van een flinke winstdaling van de BNG, en dat de vooruitzichten voor 2015 ook niet rooskleurig zijn.

 

Voorzitter ik rond af. Het mag duidelijk zijn dat de PVV deze constructie niet ziet zitten. En wij voorspellen dat deze provincie er spijt van zal gaan krijgen.

 

Publiek provinciaal geld is niet om bankje me te spelen, en is ook geen speelgeld voor het casino. Het is geld dat thuishoort in de schatkist.

 

Voorzitter ik wacht met belangstelling de beantwoording van het college af.