Amendement integratie stad-platteland

Provinciale Staten van Noord-Brabant, in vergadering bijeen op 7 februari 2014, ter bespreking van de Verordening ruimte 2014

Besluiten in het Herzien Ontwerpbesluit 03/14F te verwijderen:

 

artikel 9.1 lid 1 onder d:

“voor zover een bestemmingsplan voorziet in een stedelijke

ontwikkeling als bedoeld in het eerste lid, is artikel 2, vierde lid

(zwaarste regiem geldt) niet van toepassing en heeft het tweede

lid, onder b voorrang op de beschermingsregels die elders in deze

verordening zijn opgenomen, behoudens in geval dat artikel 5

(EHS) van toepassing is.”

 

Toelichting:

 

In de toelichting bij de Verordening Ruimte is te lezen dat bij stedelijke ontwikkeling in een gebied met de aanduiding integratie stad-land dienen gemeenten op basis van een integrale visie weer te geven hoe zij in deze gebieden nieuwe stedelijke en landschapsontwikkelingen gelijktijdig en in samenhang met elkaar willen ontwikkelen. Het doel hierbij is dat er in het landschap nieuwe kwaliteiten ontstaan of bestaande landschapskwaliteiten worden versterkt. Het doel van versterking van bestaande landschapskwaliteiten wordt tekort gedaan indien het beschermingsregiem hiervan buiten toepassing wordt verklaard. Toevoeging van dit nieuwe artikel 9.1 lid 1 onder d aan de Verordening Ruimte is daarom niet wenselijk.

 

Alexander van Hattem                 Patricia Brunklaus

Partij voor de Vrijheid                  GroenLinks

Amendement overbelast gebied

Provinciale Staten van Noord-Brabant, in vergadering bijeen op 7 februari 2014, ter bespreking van de Verordening ruimte 2014

 

Besluiten in het Herzien Ontwerpbesluit 03/14F artikel 1.97 toe te voegen en als volgt te formuleren:

 

‘’1.97 Overbelast gebied

 

indien er vanwege de cumulatieve uitstoot van milieubelastende stoffen een aanzienlijke overschrijding bestaat van opgenomen normen waardoor geen goed woon- en leefklimaat geborgd kan worden of er vanwege de cumulatieve uitstoot van milieubelastende stoffen een aantasting van in de nabijheid gelegen ecologische waarden plaatsvindt;’’

 

Toelichting: de begripsbepalingen overbelast gebied en urgentiegebied ontbreken in de Verordening Ruimte wat tot verwarring leid. Beschreven definitie is conform artikel 6.4. lid 2 en 7.4. lid 2 van de Verordening ruimte.

 

Joyce Kardol

 

Partij voor de Vrijheid

Amendement landschappelijke inpasbaarheid

Provinciale Staten van Noord-Brabant, in vergadering bijeen op 7 februari 2014, ter bespreking van de Verordening ruimte 2014

 

Besluiten in het Herzien Ontwerpbesluit 03/14F artikel 3.1. lid a als volgt te formuleren:

 

"a. het plan bijdraagt aan de zorg voor het behoud en de bevordering van de ruimtelijke kwaliteit van het daarbij betrokken gebied en de naaste omgeving waaronder in ieder geval een goede landschappelijke inpasbaarheid;’’

 

Toelichting: Met het project Mijn Mooi Brabant heeft het college het belang benadrukt van het ruimtelijk inpassen van gebouwen als voorbeeld voor vergelijkbare situaties in Brabant. In de recent verschenen memorie van antwoord wordt aangegeven dat de hoofdregel is dat iedere ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied bijdraagt aan een verbetering van de landschappelijke kwaliteit. Derhalve is het van belang, mede in het kader van leefbaarheid, dat landschappelijke inpasbaarheid voor gebouwen wordt opgenomen als voorwaarde in de Verordening ruimte en niet als keuze optie.

 

Joyce Kardol

 

Partij voor de Vrijheid