Spreektekst Brabantse Omgevingsvisie
Voorzitter,
Onder grote druk moeten wij vandaag deze Omgevingsvisie behandelen, uitstel was volgens GS niet mogelijk vanwege: “landelijke (en internationale) druk om als Noord-Brabant na te denken over o.a. wat is zelf te plaatsen als energie installaties (zon en wind)” en “de provincie heeft bij zowel landelijke (rijk/IPO/klimaatakkoord/interbestuurlijk programma (ibp)) als de lokale overheden (gemeenten) de verwachting neergezet dat bij het opstellen van RES’en [regionale energie strategieën] en het e.e.a. van de provincie (aan steun) mag worden verwacht”.
Oftewel: dit is niet de Omgevingsvisie voor de Brabanders, maar de uitvoeringsagenda van de bestuurlijke klimaatinteelt. Van de ontransparante en ondemocratische klimaattafels van Ed Nijpels en Diederik Samson. Wat de provincie vervolgens weer via de RES’en en het IBP gaat opdringen aan de gemeenten. En die gemeenten, zoals de vrijwel failliete gemeente Eindhoven, huren klimaattafel-gebouwde omgeving voorzitter Diederik Samson vervolgens weer in als “supervisor voor de warmtetransitie” om daarmee ook de door hem mede geïnitieerde klimaatwet vorm te geven. En de burger mag voor de enorme kosten opdraaien.
De doelen in de hoofdopgave energietransitie Omgevingsvisie voor 2030 en 2050 zijn de doelen van de klimaattafels, er wordt letterlijk gesteld dat we als Brabant ons beleid koppelen aan het Rijksbeleid en de nationale doelen en de daarbij behorende ambities overnemen, zoals onder andere geformuleerd in de Nationale Energieagenda en de nog niet eens door het parlement vastgelegde klimaatwet. Evenals de doelstelling van minder dan 2 graden opwarming uit het klimaatakkoord. Daarmee sluit GS zich aan bij een akkoord wat buiten het parlement om wordt bekokstoofd waarbij de politiek amper inbreng heeft. Om die reden noemt vice-voorzitter van de Raad van State Thom de Graaf het klimaatakkoord deze week in Elsevier een “risico voor de democratie”. Delen GS en met name hun coalitiepartij D66 ook deze opvatting van de oud-D66-partijleider? Graag een reactie.
Voorzitter, GS gaat met deze Omgevingsvisie halsstarrig uit van politieke ambities in plaats van een brede, integrale strategische visie zoals bedoeld in de Omgevingswet. In plaats van een instrument waarmee eenvoudiger en beter ontwikkelingen op elkaar kunnen worden afgestemd, misbruikt dit college de Omgevingsvisie als instrument om politieke ambities af te dwingen. Energie-ambities die bovendien volgens de plan-MER niet haalbaar lijken te zijn. Om in 2050 245 PJ duurzame energie op te wekken is 100.000 Ha ruimtebeslag nodig. Dit betekent heel Brabant een groot wind- en zonnepark, ten koste van een groene leefomgeving. Voor deze opgave wil GS het Brabantse landschap benutten om grootschalig gebruik van duurzame energie via met name wind en zon te realiseren in zogenaamde energielandschappen. Welke volgens GS “een nieuwe identiteit” toevoegen aan het landschap. En om deze gekte compleet te maken wordt onder voorwaarden energie-opwekking ook nog toegelaten in het Natuurnetwerk Brabant. Hoe verhoudt dat zich met elkaar vraag ik GS?
GS durft dan ook nog te spreken over een “betere sociale inclusiviteit” en in het deugproza van Telos te spreken over ‘diep, breed en rond kijken’. Een hypocriet adagium als dit college toch lijnrecht tegenover omwonenden gaat staan door windparken door te drukken; lijnrecht tegenover een unanieme Ossche gemeenteraad gaat staan door een mestfabriek af te dwingen; eenzijdig naar de EU en milieuactivisten luistert en onze boeren kapot maakt en met een ‘Brabantse aanpak vluchtelingen’ overal AZC’s probeerde op te dringen. Kan GS daar op reflecteren?
Tot slot voorzitter, de Omgevingsvisie noemt als ‘essentiële vestigingsfactor’: “Een fraai beleefbaar landschap met veelzijdige natuur en cultuurhistorische elementen, historische binnensteden en karakteristieke dorpen” – inderdaad, maar daar passen géén klimaatminaretten of moskeeminaretten bij!
De PVV fractie zal daarom tegen deze Omgevingsvisie stemmen.