Spreektekst Begroting 2020
Voorzitter, het nieuwe college zet met haar eerste begroting in op “trendbreuken”. Maar kan het college eens uitleggen met welke trends men breekt, omdat deze begroting juist nog harder voortborduurt op de trends van het vorige college: nog meer klimaatwaanzin, nog meer blinde eurofilie met Brussel als enige stip op de horizon en nog meer hobbyprojecten, deugfondsen, subsidiespilzucht, natura2000-gekte, etcetera. De enige breuken zijn het afbreken van de democratische (financiële) controle door PS en bovenal het tot de grond toe afbreken van onze boeren.
Of bedoelt GS als nieuwe trend dat nu de Essentgelden overal zijn weggezet er nieuwe vleespotten moeten worden opengetrokken? In plaats van de opbrengst van de verkoop van Essent direct terug te geven aan onze burgers, potverteren opeenvolgende colleges de Essentgelden om vervolgens nu ook nog eens een extra rekening te sturen met het verhogen van de opcenten MRB om de politieke spilzucht weer aan te vullen. Dus de burger krijgt eerst zijn geld niet terug en mag nu dus ook nog bijbetalen. En dat om bijzonder vage plannen rond ‘trendbreuken’ te financieren. De enige duidelijke trendbreuk is dat dit college voortaan uitgaat van eerst geld en dan beleid in plaats van andersom. Betekent dit dat voor GS nu het uitgangspunt eerst beleid en dan geld voortaan een dode letter is?
Bovendien is het financiële autorisatieniveau voor PS van deze begroting alvast ingeperkt vooruitlopend op de besluitvorming over de nieuwe Financiële verordening. De vigerende financiële verordening wordt daarmee niet gehandhaafd. De opzet van deze begroting is dus niet volgens onze eigen spelregels: het spel wordt al aangepast vóórdat de nieuwe spelregels zijn vastgesteld. Immers, volgens artikel 16 van de nieuwe Financiële verordening treedt deze pas in werking “met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst” en dat is dus pas ná een besluit in PS. Zijn voor GS onze verordeningen dus ook een dode letter? Kan de Interim Omgevingsverordening met haar desastreuze eisen voor de boeren nu ook net als de huidige Financiële verordening gewoon worden genegeerd? Graag een reactie van GS.
De vage plannen zijn verhuld in bestuursopdrachten die zo algemeen van aard zijn dat de zeven gedeputeerden praktisch de vrije hand krijgt: het ongecontroleerde handgeld van voormalig gedeputeerde Pauli maar dan in zevenvoud, voor alle zes bestuursopdrachten plus een voor de overkoepelende “synergie tussen de trendbreuken” – want als GS het niet onder een bestuursopdracht kan schuiven, dan kan het nog altijd als “synergie” worden gelabeld. Wat bedoelt GS hier precies mee en hoe is dit te controleren? Dit snapt geen mens. Met zulke vaagheid is het in de collegebeurs altijd raak met iedere opcenten-knaak. Veel geld voor nul beleidsplannen, zonder door PS gestelde en gestuurde kaders, zonder probleemanalyse, zonder effectbeoordeling, zonder afwegingskader, zonder scenario’s en bovenal zonder transparantie. Voorzitter, waar mag dit college op worden afgerekend?
Allereerst de bestuursopdracht voor een “duurzaam concurrerende innovatieve economie”. Wat betekent dit voor een van de belangrijkste pijlers van onze Brabantse economie, onze prachtige agrarische sector? Mag deze nog concurrerend zijn op de markt of moeten onze agrarische ondernemers vooral concurreren met de papieren werkelijkheid van de overheid? Tellen voor dit college alleen de zogenaamd innovatieve nicheprojecten en duurzame deugsubsidieslurpers, terwijl gewone keihardwerkende ondernemers maar moeten verzuipen in het bureaucratische stikstofmoeras? Graag een reactie van GS.
Verder waarom nu hierin investeren terwijl niet eens duidelijk is wat er is gebeurd met de 150 miljoen euro aan Pauli-handgeld in de economie, wat is daarvan concreet terecht gekomen, zo horen we graag van GS? Waarom nog meer belastinggeld als ‘nieuwe bancaire instrumenten’ aanwenden – het EFSI/Juncker Fonds – als zogenaamde multiplier. Wat is de concrete toegevoegde waarde voor onze economie van het nog harder meesloeberen in de Brusselse trog van Timmermans en trawanten? Waar blijven de afrekenbare doelen voor het economisch beleid met heldere indicatoren in plaats van procesindicatoren als plannen van aanpak, samenwerkingsverbanden, aantallen handelsmissies, aantal nieuwe financieringen, etc. Wanneer komen er echt meetbare resultaten over economisch beleid? Gaat het geld nu enkel naar de praatclubjes en adviesbureautjes of worden hiermee ook échte banen opgeleverd? En welke visie is er nu eigenlijk, inzetten op hoogwaardige kennis- en innovatie of het massaal binnenhalen van goedkope buitenlandse arbeidsmigranten voor de grootschalige logistiek, in weinig innovatieve megablokkendozen? Graag een reactie van GS op deze punten.
Dan de bestuursopdracht “veilig en weerbaar”: veel geblaat en weinig wol. Nauwelijks echte maatregelen, maar vooral voortneuzelen met bestaande overlegclubjes. Wat wordt er écht gedaan om Brabant veiliger te maken, welke instrumenten worden er ingezet, welke maatregelen genomen? Wordt er nu wel echt werk gemaakt van bijvoorbeeld camera’s in het buitengebied? En hoe worden bijvoorbeeld ondernemers in Maarheeze die dagelijks door hordes rovende asieleisers uit het plaatselijke AZC worden lastiggevallen veiliger en weerbaardergemaakt volgens het college? En door het sluiten van vele politiebureaus is voor burgers veiligheid letterlijk ver te zoeken, wat schieten zij op met deze bestuursopdracht? Kan de nieuwe gedeputeerde veiligheid op deze punten ingaan en nu eens duidelijk uitleggen hoe hij Brabant écht veiliger denkt te maken?
De bestuursopdracht voor “nieuwe vormen van mobiliteit” komt niet verder dan het mobiliteitsmarxisme met eenzijdige inzet op collectief vervoer en gedeelde mobiliteit. De eigen auto voor de burger telt niet voor dit college, enkel als melkkoe voor de verhoogde opcenten. Geen woord over nieuwe asfalt-infrastructuur, terwijl die keihard nodig is. In plaats van de opcenten te verhogen, moet de opbrengst hiervan eindelijk eens worden ingezet voor de wegeninfrastructuur: verbreed de Brabantse snelwegen, leg met spoed spitsstroken aan en verbeter het wegennet met onder andere een Ruit om Eindhoven – een tracé wat de verkeersveiligheid ten goede komt en bovendien niet in de weg wordt gezeten door Natura2000 gebieden. Het zou pas echt een trendbreuk zijn om nu wél eens met de Ruit aan de slag te gaan. De PVV dient hiertoe moties in. Verder is het totale waanzin dat de zeer onveilige provinciale weg N389 tussen Etten-Leur en Zevenbergen niet kan worden aangepakt vanwege de stikstofgekte. Uitstel hiervan is onaanvaardbaar. En in plaats van vanwege de Natura2000-onzin de maximumsnelheid te verlagen, moet we deze juist verhogen op wegen die daarvoor qua inrichting geschikt zijn: zo moet de snelheid op de N279, de nieuwe N69 en (in overleg met het Rijk) de N2 omhoog van 80 naar 100 km/h. Ook kunnen we de doorstroming verbeteren met een inhaalverbod voor vrachtwagens op provinciale wegen en moeten we sluipverkeer van vrachtwagens in dorpen tegengaan.
Na de stikstofgekte volgt binnenkort de volgende bureaucratische bulldozer uit Brussel. In 2027 moeten de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) worden gehaald, op straffe van megaboetes. De EU jaagt onze belastingbetalende burgers en bedrijven op kosten met alle milieudwangmaatregelen. Kan GS aangeven hoe de investeringen in de bestuursopdracht over ‘waterrobuust’ beleid zich verhouden tot deze EU dwingelandij? En in hoeverre is het behalen van de KRW-doelen toe te schrijven aan ons eigen beleid, terwijl in België nog massaal rioleringen worden geloosd op beken en rivieren, die grotendeels weer op ons Brabantse watersysteem uitmonden? Moet Brabant nu massaal investeringen gaan doen om aan deze EU-dwang te voldoen en letterlijk de shit van België opruimen? Worden onze boeren straks opnieuw opgezadeld met maatregelen om aan de KRW en de Nitraatrichtlijn te voldoen, wordt nitraat straks het nieuwe stikstof waarmee de agrarische sector wederom een molensteen om de hals gaat krijgen? Graag een reactie van het college.
Het is belachelijk om te spreken over een bestuursopdracht over “woningtekort” terwijl asieleisers nog steeds massaal worden toegelaten en in veel gemeenten ook nog voorrang krijgen bij toewijzing van sociale huurwoningen. Stop daarom met het faciliteren van deze omvolking en zorg voor woningen voor onze Brabanders. Voor wie nu ook al niet gebouwd kan worden vanwege de Natura2000/stikstofdeadlock. Maar kunnen we niet gewoon stoppen met het toewijzen van huurwoningen aan statushouders? Kunnen we ook niet gewoon de stikstofregels negeren? Dat zou voor dit college toch geen enkel probleem moeten zijn? Zij negeren wel vaker de wet: het wettelijk verbod op gezichtsbedekkende bekleding – ofwel het burkaverbod – wordt door dit college genegeerd in de Brabantse bussen, de OV-vervoerders hoeven dit van GS niet te handhaven, zo liet het college ons weten in antwoord op statenvragen. Dus als deze wet genegeerd wordt, dan voortaan ook maar de Huisvestingswet en Natura2000-regels negeren? Graag een reactie van het college.
Dan is er nog een bestuursopdracht voor het versterken van het “blijfklimaat”. Een vaag begrip en een even vage bestuursopdracht. De definitie van blijfklimaat is “Koesteren en behouden van Brabanders en bedrijven voor Brabant, met name in krimpgebieden”. Dat is op zich een mooi uitgangspunt, maar hoe wordt de daad bij het woord gevoegd? Worden de Brabanders gekoesterd door het massaal inzetten van arbeidsmigranten of door het faciliteren van de asielinvasie? Zeker nu bekend is dat er weer grootschalig AZC-locaties nodig zouden zijn: wil het college onze Brabanders koesteren door iedere medewerking uit te sluiten aan de vestiging van nieuwe AZC’s of uitbreiding van bestaande? Deelt het college de mening van de PVV dat we voor asieleisers en arbeidsmigranten niet moeten zorgen voor een ‘blijfklimaat’, maar voor een “blijf-wegklimaat”? Ook dat zou nu echt een goede trendbreuk zijn.
En bij een goed blijfklimaat hoort ook een goed leefklimaat: dus zonder de klimaatwaanzinnige maatregelen die het leefklimaat verzieken, zoals megawindturbines, zonneparken en biomassacentrales. Met een dwangbevel opgelegd via de RESSEN, terwijl belanghebbende energiecoöperaties en milieuactivisten vooraf aan tafel zitten, hebben bezorgde burgers niks te vertellen. De gemeentelijke autonomie wordt ondermijnd met de RESsen: gemeenten moeten onderling de verdeling van de klimaat-ellende uitvechten en hebben uiteindelijk zelf niks meer te vertellen. Het Rijk en de provincie drukken hun wil door. Dan krijg je krankzinnige afspraken tussen gemeenten zoals onlangs al werd gesuggereerd bij de raadsledenconferentie over de RES Noord-Oost-Brabant: “als een gemeente geen wind- of zonneparken kan plaatsen, moet deze in ruil daarvoor dan maar extra statushouders opvangen.” Kan het college aangeven of zij nadrukkelijk wil afzien van zulke walgelijke koehandel met onze samenleving?
Het college sluit zelfs niet uit om windparken te bouwen in cultuurhistorische landschappen en natuurgebieden. Ook moet het landschap – en daarmee het leefklimaat – worden verwoest voor het omvormen van bossen: honderden hectares bossen die niet aan het maakbaarheidsideaal voldoen moeten worden gekapt om vervolgens elders te worden gecompenseerd met ‘compensatienatuur’. Nepnatuur ten top, waarbij als kers op de taart ook nog vogelkers moet worden aangeplant, die tegelijkertijd juist als invasieve exoot bestreden wordt. Krankzinnig. Is het college met deze landschapsverwoesting niet het paard achter de wagen aan het spannen? Graag een reactie.
Voor zulke flauwekul moet dus de zogenaamd vrije begrotingsruimte worden opgerekt en mag de automobilist bloeden. Dit college gaat verplichtingen in de toekomst aan en regeert over het graf heen: de spaarpot van toekomstige generaties wordt zo geplunderd. Hoe durft u, college? Wat is er dan nog ‘revolverend’ aan de ingezette Essentgelden? Of wil GS niet meer over revolverendheid spreken? Graag een reactie. Kom in plaats daarvan met duidelijke visies, duidelijke indicatoren, helder beleid en geef PS de rol in de kaderstelling die haar toekomt, mogen we daarbij iets van GS verwachten? Maar geef vooral onze Brabantse burgers en ondernemers de ruimte: zet vandaag nog een streep door de deadline van 1 april 2020 voor onze boeren en geef hen zoals afgesproken de tijd tot in ieder geval 2028. Wees een betrouwbare overheid in plaats van een zelfingenomen roverheid. Zorg dat boeren hun koe weer in de wei kunnen laten grazen, en niet zoals nu in Bergeijk hun dieren vanwege de stikstof gedwongen op stal moeten houden. De énige boerderij die zo niet voor zijn voortbestaan hoeft te vrezen, is de Animal Farm van deze overheid.
Voorzitter, voor onze boeren biedt deze begroting géén oplossing. De PVV wil hierover graag het volgende opmerken:
De PVV vindt dat de provincie Noord-Brabant een historische fout maakt, door in te stemmen met de plannen om de veehouderij versneld te veranderen. De PVV-fractie stemde tegen deze plannen en diende een motie van afkeuring in.
Kern van de voorstellen, is het terugbrengen van de uitstoot van stikstof. Voor boeren betekent dit dat zij al in 2022 moeten voldoen aan nieuwe, strengere milieuregels. Eerder was met de agrarische sector afgesproken dat zij in 2028 aan de nieuwe normen zouden voldoen.
Maar het college van VVD, CDA, D66, GroenLinks en PvdA heeft deze datum eenzijdig naar voren gehaald. Dit brengt heel veel boeren in de problemen, omdat zij versneld extra moeten investeren. Veel insprekers wezen erop al veel investeringen te hebben en door dit nieuwe maatregelenpakket te worden klemgezet.
Voor deze plannen ontbreekt niet alleen draagvlak, de plannen zijn ook tegengesteld aan wat we willen bereiken. Oók de PVV wil een landbouw van familiebedrijven, geworteld in de lokale samenleving.
Maar deze voorstellen leiden niet tot minder schaalvergroting, maar méér. Leiden niet tot minder intensivering, maar méér. Leiden tot een ongelijk speelveld en tot marktverstoring. Drijven talloze boerengezinnen tot wanhoop. Helpen de natuur niet. Zijn financieel niet haalbaar. Juridisch niet houdbaar. Technisch niet uitvoerbaar. En bestuurlijk onfatsoenlijk.
Voorzitter, ik las net een persbericht voor van het CDA Brabant uit 2017.[1] Ik heb alleen de partijnamen veranderd.
Daarna is het CDA op het pluche terecht gekomen en heeft direct na de verkiezingen al de boeren keihard laten vallen, ook met de nu voorliggende begrotingsplannen.
Zo stemde het CDA nog maar twee weken geleden tegen het behoud van de latente ruimte, tegen realistische deadlines en tegen een geïntrigeerde stoppersregeling.
Na afloop liet het CDA Brabant weten dat ze heel veel bereikt hadden…maar de PVV en de Brabantse boeren weten wel beter.
De dagen daarna rolden de krokodillentranen over de wangen van CDA-Statenleden. Zo gaf Tanja van de Ven aan dat ze spijt had dat ze tegen de PVV-motie om de latente ruimte te behouden had gestemd[2]. Spijt waar de boeren geen droog brood van kunnen kopen.
En 6 hele dagen later kwam het CDA weer met een persbericht. April 2020 moest van tafel…terwijl ze ZES dagen daarvoor de kans hadden om die datum van tafel te vegen. Ongelofelijk.
Vandaag is bij deze begrotingsbehandeling de kans om deze fouten te herstellen: de PVV dient opnieuw diverse moties in om zo weer mét onze boeren te spreken en aan de slag te gaan.
Voorzitter, de PVV komt met concrete voorstellen, met échte trendbreuken. Met de in deze begroting verpakte vaagheden kan echter niemand iets, daar gaat zelfs een biomassacentrale niet van roken. Kortom, de PVV fractie zal deze begroting niet steunen.
[1] https://cdabrabant.nl/cda-provincie-maakt-historische-fout/