Spreektekst Procedure wensen en bedenkingen inzake geldlening uit de immunisatieportefeuille aan Safari Resort Vastgoed BV (Libéma) voor realisatievan Safari Resort Beekse Bergen fase II

GS vraagt aan PS geen wensen en bedenkingen te hebben inzake een lening van 20 miljoen aan Libema voor Safari Resort fase 2.

De PVV heeft zeer grote bedenkingen, en eigenlijk ook maar één wens, en die is stuur Libema lekker naar de bank.

En voorzitter, kom vooral niet aan met het argument dat de provincie zo nodig de lening moet verstrekken om daarmee het Leisure Ontwikkel Fonds te spekken vanwege de renteopslag die daarin door de leningnemer wordt gestort, want waar ze hun geld ook lenen, het staat ze vrij om gul te geven aan het LOF, lening of niet.

Voorzitter, deze lening, en dat heb ik in de themacommissie al aangehaald, kan niet los gezien worden van de lening van 41,5 miljoen euro voor Safari resort fase 1 en het Leisure Ontwikkel Fonds.

Ik heb na de bespreking van dit dossier in de themacommissie technische vragen gesteld en veel documenten opgevraagd. Dit omdat er bij die bespreking vele vragen en nieuwe feiten naar boven zijn gekomen. Ik heb slechts een klein deel van de gevraagde documenten ontvangen. Voorzitter, dat feit alleen al is schandalig.

De documenten en de cryptische antwoorden op vragen bevestigen mijn stellingen, en een aantal conclusies is te trekken.

Ten eerste zit er op deze en de vorige lening alleen maar grond als onderpand. In het taxatierapport wordt de waarde van grond plus gebouwen geschetst, en dan ook nog na realisatie van het project. Die cijfers gebruikt het college voor de onderbouwing, maar die cijfers zijn onjuist gegeven het feit dat enkel de grond in beschouwing moet worden genomen.

Ten tweede is dan ook nog in fase 1 en 2 exact dezelfde grond als onderpand ingezet. Dezelfde grond wordt dus meermaals als onderpand voor een lening gebruikt, in totaal voor 61,5 miljoen lening.

Dan is er blijkens het taxatierapport ook sprake van een 'verhuursituatie' en is er in het taxatierapport sprake van 'bijzondere uitgangspunten', waarbij het bijzondere uitgangspunt is dat het getaxeerde op de waardepeildatum reeds is opgeleverd (kadastraal afgesplitst) en in gebruik genomen. Dat bijzondere uitgangspunt niet meenemen levert een negatief waarde-effect van ruim 30 miljoen euro op, en daarnaast een heleboel vragen. Waarom GS deze zaken niet proactief meldt in zowel statenvoorstel als aanvullende informatievragen, is mij een raadsel.

Voorzitter, vele onduidelijkheden dus.

Zo vroeg ik mij af voorzitter, gezien al deze zaken, kan dan nog wel hard gemaakt worden dat de leningconstructie een hypothecair karakter heeft? Indien dat namelijk niet het geval is, dan komt het rentepercentage van tussen de 1,5 en 1,75% van deze lening wél in een ander daglicht te staan. De fooi die Libema moet gaan aftikken bij de provincie is in dat geval helemaal niet marktconform, want het zou gaan om een gewone bedrijfslening. Ik wil graag argumenten van het college horen op alle vragen en stellingen.

De leningen zijn direct gekoppeld aan het Leisure Ontwikkel Fonds. Dit gekunstelde vehikel dat Libema goedkoop geld oplevert. De handel en wandel van het LOF zijn echter helemaal niet zo zuiver: als je eens diep de stukken. induikt dan blijkt het gewoon een ons-kent-ons belangenclub die op basis van onzuivere en onduidelijke criteria een inconsequent toewijzingsbeleid voor aanvragen hanteert. Slechts zelden worden aanvragen gehonoreerd, en waar dat wel het geval is, gaat het niet om proposities die zonder meer aan de toetsingscriteria voldoen.

Wat wél duidelijk is, is dat de Investeringscommissie die de aanvragen beoordeelt, niet vrij is belangen in het dossier. Zo zijn de belangen van de Efteling, de Rabobank, Ruimte voor Ruimte Beheer, en Jumbo vertegenwoordigd in het Investeringscomite. Hoezo voorzitter? Een gezellig ons-kent-ons clubje dus. Behalve een lijst aan kwalitatieve criteria waar de ingediende aanvraag aan moet voldoen, is een belangrijk onderdeel van de beoordeling "de kwaliteit van de ondernemer, dit wordt mede getoetst doordat alle aanvragers een pitch houden in de IC vergadering". Voorzitter, op mijn vraag hoe deze kwaliteit van de ondernemer beoordeeld en vastgesteld wordt, op welke aspecten en welke criteria deze kwaliteit wordt beoordeeld en volgens welke normen en maatstaven heb ik na tweemaal doorvragen nog steeds geen antwoord gekregen. Daarom stel ik deze vragen nu aan het college.

De echte resultaten die het LOF had moeten opleveren zijn in de evaluatie ervan in 2021 niet aan bod gekomen. Prachtige beloftes in 2016 bij de start over werkgelegenheid, stages, participatiebanen, leef- en vestigingsklimaat. Met name de meerdaagse vrijetijdbesteding moest toenemen.

We zien in de praktijk vooral de dagrecreatie die hoogtij viert in Brabant. Volgens de gedeputeerde is het daarom maar goed dat de provincie de lening verstrekt, want dan groeit volgens hem het meerdaags verblijf. Maar voorzitter laat duidelijk zijn: vakantiegangers gaan geen week naar het safari resort of dan 7 volle dagen in het Safaripark te verblijven. Die willen juist iets te kiezen hebben in Brabant. Een gezonde economie en een gezonde concurrentie zou dan juist inhouden dat er vele soorten vertier een kans krijgen te ontwikkelen, zodat de vakantiegangers niet enkel de keuze hebben om bij Libema accomodaties hun geld te besteden. En dan komt toch het voorbeeld van Pukkemuk om de hoek kijken, waarvan we als fracties een schrijven kregen en waarover meer dan terecht vragen zijn gesteld.

Voorzitter over dit dossier is veel gewisseld, en ik sluit af met een oproep aan het college om af te zien van de verstrekking van de lening, en het LOF daadwerkelijk waardevol te maken. Haal de bezem er maar eens goed door.