Statenvragen inzake wegjagen boeren
Geacht college,
Door de doorgeslagen milieuregelgeving en het stalderingsloket worden Brabantse boeren weggejaagd door dit college. De rechter heeft dit college ook al een tik op zijn vingers gegeven[1], vanwege het wanbeleid richting kleine familie- en gezinsbedrijven. De PVV had gehoopt dat dit college zou stoppen stalderen en ten halve zou keren, maar helaas gaat dit college toch door met het pesten van kleine boertjes.
De PVV-fractie is bevreesd dat door het wanbeleid van de provincie de kleine familie- en gezinsbedrijven uit Brabant zullen verdwijnen, omdat alleen grootschalige bedrijven met een minimum aan dierenwelzijn economisch rendabel zullen zijn. Onze kleine, Brabantse boerenfamilie- en gezinsbedrijven hebben echter wereldwijde naam en faam. Dat moeten we zo houden.
Daarom de volgende vragen:
1. Deelt dit college de mening van de PVV dat Brabantse boeren door het omstreden beleid van de provincie boeren gedwongen worden om zich elders te vestigen, bijvoorbeeld in België[2]? Zo nee, waarom niet?
2. Herkent dit college het beeld dat boeren zich in België vestigen vanwege de doorgeslagen regelgeving en het stalderingsloket dat dit college de boeren opdwingt?[3] Zo nee, waarom niet?
3. Deelt dit college de vrees van de PVV-fractie dat de kleine familie- en gezinsbedrijven uit Brabant zullen verdwijnen door de bouw van megastallen in België? Zo nee, waarom niet?
4. Deelt dit college het standpunt van de PVV-fractie dat megastallen slecht zijn voor de landbouw en het dierenwelzijn ? Zo nee, waarom niet?
5. Deelt dit college de mening van de PVV-fractie dat de transitie van de landbouw in de praktijk ten koste gaat van dierenwelzijn? Zo nee, waarom niet?
6. Deelt dit college de mening van de PVV-fractie en vele Brabantse boeren dat gedeputeerde Spierings onvoldoende zicht[4] heeft op de agrarische sector, nu zij aangeeft slechts te kunnen gissen naar de beweegredenen van boeren om geen stalderingsverzoeken in te dienen? Zo nee, waarom niet?
7. Wanneer verwacht dit college dat gedeputeerde Spierings wel voldoende inzicht in de beweegreden van de Brabantse boeren gaat hebben?
8. Gedeputeerde Spierings geeft aan dat boeren die tegen problemen aanlopen bij hun gemeente altijd bij de provincie mogen aankloppen. Deelt dit college de teleurstelling van de PVV in deze passieve houding van gedeputeerde Spierings richting de Brabantse boeren? Zo nee, waarom niet?
9. Waarom spreekt gedeputeerde Spiering over “een stabiel pakket” waarmee de boeren vooruit kunnen, terwijl de rechter juist heeft geoordeeld heeft dat er absoluut geen sprake is van een ondersteunend maatregelenpakket[5] en dat juist kleine gezins- en familiebedrijven onevenredig hard worden getroffen?
10. Deelt dit college de zorgen van de PVV-fractie over de afstand van dit college naar de Brabantse burgers en dan specifiek naar boeren? zo nee, waarom niet?
11. Gedeputeerde Spierings geeft in het artikel ‘Eigen baas over voedsel bij Herenboeren in Boxtel: ‘Confronterend als je je eten ziet rondlopen’[6] van Omroep Brabant aan dat het belangrijk is om ‘zoiets’ te hebben als Herenboeren.
Deelt dit college de mening van de PVV dat dieren zoveel als mogelijk naar buiten moeten kunnen lopen en niet in dichte stallen met luchtwassers moeten verblijven? Waarom is het beleid van dit college dan volledig op ammoniakuitstoot gericht en niet op dierenwelzijn?
12. In het artikel ‘Food Festival de Es:” Een krekelburger? Mijn maag kriebelt al als ik eraan denk…’[7] van het Brabants Dagblad geeft de gedeputeerde aan dat het huidige landbouwsysteem niet meer houdbaar is. Deelt GS de mening van de PVV-fractie dat dit mede komt door de stapeling van regels die dit college de Brabantse boeren oplegt, waardoor boeren niet meer kunnen investeren in diervriendelijke maatregelen? Zo nee, waarom niet?
Namens de PVV Noord-Brabant,
Maikel Boon
[2] https://www.bd.nl/brabant/zorgen-over-brabantse-stallen-in-belgie~a8095e21/
[3] https://www.1limburg.nl/boeren-kopen-belgische-boerderijen-op-voor-megastallen
[5] zie 1
Beantwoording: College_jaagt_boeren_weg_beantwoording_dd_03-07-2018.pdf