Statenvragen Onrealistische en onhaalbare stikstofnormen

Persbericht: PVV Noord-Brabant wil dat provincie bij het Rijk oppert voor soepelere stikstofnormen

Op dit moment wordt het hele land gek gemaakt met de paniek rond stikstof, waartegen het kabinet en het Brabantse college nu overhaast en ondoordacht allerlei maatregelen willen invoeren. Door alle hysterie staan banen op de tocht, vinden bouwprojecten geen doorgang en dreigen boeren failliet te gaan.

De Brabantse PVV is echter van mening dat de stikstofnormen (kritische depositiewaarden) die de overheid hanteert voor Natura 2000-gebieden onrealistisch en zelfs onhaalbaar zijn. Zelfs een halvering van alle stikstofbronnen - veehouderij, verkeer, industrie, huishoudens en het buitenland - brengt ons niet uit de impasse.

"Wij willen daarom dat Brabant zich uitspreekt tegen de te strenge normen", aldus woordvoerder Maikel Boon. "De provincie is dit moment over stikstof in overleg met het Rijk. Wij vragen door middel van Statenvragen aan het college of het bij dit overleg namens Brabant uit wil dragen dat er iets aan de stikstofnormen moet gebeuren en dat de richtlijnen en regelgeving rondom stikstof eens kritisch tegen het licht moeten worden gehouden."

 

Geacht college,

Op dit moment wordt het hele land gek gemaakt met de paniek rond stikstof, waartegen het kabinet en het Brabantse college nu overhaast en ondoordacht allerlei maatregelen wil invoeren.

Maar de stikstofnormen (Kritische depositiewaarden) die de overheid hanteert voor Natura 2000 zijn onrealistisch en zelfs onhaalbaar met een halvering van alle stikstofbronnen: veehouderij, verkeer, industrie, huishoudens en het buitenland.

Daarom de volgende vragen:

1. Deelt dit college de mening van de PVV dat de stikstofnormen (Kritische depositie waarden) die de overheid hanteert voor Natura 2000 onrealistisch en zelfs onhaalbaar zijn met een halvering van alle stikstofbronnen: veehouderij, verkeer, industrie, huishoudens en het buitenland?

2. Deelt dit college de mening van de PVV dat het Nederlandse beleid dat de achteruitgang van habitattypen en habitats van soorten voorkomt, met een nogal beperkte blik, zich vrijwel uitsluitend alleen op ammoniak richt, en daarbij een veelheid van (on)natuurlijke oorzaken negeert? Zo ja/nee, waarom (niet)?

3. De PVV zou graag van dit college willen weten of het bereid is om bij de onderhandelingen tussen provincies/IPO/Rijk het vraagstuk van de stikstofnormen bespreekbaar te maken en daarbij de volgende aspecten/uitleg van richtlijnen en regelgeving te betrekken en bij het Rijk aan te dringen op aanpassing van regelgeving of een andere interpretatie:

a) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat de stikstofnormen (Kritische depositie waarden) die de overheid hanteert voor Natura 2000 onrealistisch zijn en zelfs onhaalbaar met een halvering van alle stikstofbronnen: veehouderij, verkeer, industrie, huishoudens en het buitenland? Zo nee, waarom niet?

b) Volgens LLTB voorzitter Léon Faassen is het hoogveen in de Peel een goed voorbeeld van onrealistische en onhaalbare stikstofnormen:
Een goed voorbeeld is wat betreft Faassen het hoogveen in de Peel. Voor het behoud van actief hoogveen bedraagt de maximum waarde 500 eenheden stikstof per hectare per jaar. „Maar volgens diezelfde overheid vallen ter plekke zo’n 1.500 eenheden stikstof uit de lucht.” De landbouw is volgens de Wageningen Universiteit en het RIVM verantwoordelijk voor 42 procent van deze neerslag. Overigens plaatst de LLTB vraagtekens bij de juistheid van dit percentage. „Bij het halveren van alle landbouwbronnen zou het gaan om een reductie van 21 procent. Dan vallen na die halvering nog steeds zo’n 1.200 eenheden uit de lucht. Meer dan twee keer zoveel dan dit natuurtype kan hebben. Sterker nog, als alle landbouw in een straal van 30 kilometer verdwijnt of als alle stikstofbronnen worden gehalveerd, inclusief verkeer, industrie, huishoudens en stikstof vanuit het buitenland, dan nóg blijft die stikstofneerslag te hoog. We zullen dus onder ogen moeten zien dat we bepaalde natuur niet kúnnen beschermen.[1] 
Kloppen volgens dit college de uitspraken en conclusies van LLTB voorzitter Faassen? Zo ja/nee, waarom (niet)? Is het college bereid om de visie van Faassen mee te nemen bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk? Zo nee, waarom niet?

c) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat het Nederlandse beleid dat de achteruitgang van habitattypen en habitats van soorten voorkomt, met een nogal beperkte blik, zich vrijwel uitsluitend alleen op ammoniak richt, en daarbij een veelheid van (on)natuurlijke oorzaken negeert? Zo ja/nee, waarom (niet)?

d) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat artikel 6, derde lid, van de Habitatrichtlijn niet goed is overgezet naar de natuurbeschermingswet, omdat in de natuurbeschermingswet het begrip “andere handelingen” is toegevoegd, wat er toe heeft geleid dat “bestaand gebruik”, waar nergens in de habitatrichtlijn naar wordt verwezen, onderworpen kan worden aan de dezelfde toetsing als omschreven in artikel 6, derde lid? Zo ja/nee, waarom (niet)?

e) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat de tekst die de omzetting van artikel 6, derde lid van de Habitatrichtlijn vertegenwoordigt in de natuurbeschermingswet dient te worden ontdaan van het begrip “andere handelingen”? Zo ja/nee, waarom (niet)?

f) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat artikel 6, tweede lid, van de Habitatrichtlijn, niet vraagt om een vergunningenstelsel maar de facto de verantwoordelijkheid voor het nemen van toepasselijke maatregelen bij de overheid legt? Zo ja/nee, waarom niet?

g) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat de strekking van het Sweetman-arrest[2] - Een arrest dat stelt dat de tekst die de omzetting van artikel 6, derde lid, van de Habitatrichtlijn vertegenwoordigt dient te worden ontdaan van het begrip “andere handelingen”- in de natuurbeschermingswet dient te worden verwerkt? Zo ja/nee, waarom (niet)?

h) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat de kritische depositiewaarden (KDW) die in de Nederlandse wetgeving zijn vastgelegd berekend zijn met een (simulatie)model dat opgeschaald van het niveau van plantenassociaties naar habitattypen in natuurgebieden te veel onzekerheden in zich heeft en dat praktische toepassing feitelijk onzinnig is? Zo ja/nee, waarom (niet)?

i) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat de KDW op het maximum van de empirische range vast gesteld zouden moeten worden? Zo ja/nee, waarom (niet)?

j) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat de bron van al het kwaad de Nederlandse interpretatie van het Europees beleid is, waardoor te veel verschillende typen natuur op grote schaal in stand worden gehouden? Zo nee, waarom niet?

k) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat er geen overhaaste en ondoordachte maatregelen genomen moeten in het stikstofdossier? Zo nee, waarom niet?

l) Is het college bereid om bij de onderhandelingen met het IPO/Rijk het standpunt uit te dragen dat het van groot belang is dat een onafhankelijke autoriteit toeziet op de monitoring van kwaliteit van habitattypen en habitats van soorten in de gebieden en adviseert aan het bevoegde gezag? Zo ja/nee, waarom (niet)?

4. Kan GS aangeven wat de gevolgen per Brabants Natura 2000 gebied zullen zijn als gevolg van de aanpassing van de natuurbeschermingswet aan het Sweetman-arrest, onder andere qua daling van het aantal habitattypen waar in die gebieden een passende beoordeling voor nodig is? Zo nee, waarom niet?

5. Kan dit college aangeven welke oplossingen om uit de stikstofcrisis te komen er al met het rijk en binnen het IPO zijn besproken? Zo ja, welke oplossingen en door wie aangedragen? Zo nee, waarom niet?

Namens de PVV Noord-Brabant,
Maikel Boon

[1] https://www.pigbusiness.nl/artikel/221937-lltb-voorzitter-stikstofnormen-natuur-zijn-onrealistisch/ 

[2] http://curia.europa.eu/juris/liste.jsf?num=C-258/11&language=NL 

 

Beantwoording: pdfOnrealistische_en_onhaalbare_stikstofnormen_beantwoording_dd_17-12-2019.pdf