Statenvragen vervolgvragen nevenfuncties secretaris
Geacht college,
Vanmiddag beantwoordde u de statenvragen van de PVV over de niet vermelde nevenfuncties[1][2] van de in opspraak geraakte[3][4] Provinciesecretaris/algemeen directeur van de Provincie.
Dit roept de volgende vervolgvragen op:
1. Het college antwoord in reactie op vraag 1a (of het college bekend is met het ontbreken van de nevenfunctie/eigen bedrijf) dat het college hiervan op de hoogte is, en dat bij de start van het dienstverband afgesproken zou zijn dat het om een slapende onderneming gaat ('Marcel van Bijnen Consultancy') die 'niet ontmanteld hoeft te worden, maar dat er geen activiteiten meer mogen worden uitgevoerd'.
Uit het LinkedIn profiel van de Provinciesecretaris ten tijde van de indiening van de statenvragen (inmiddels is het LinkedIn profiel van de Provinciesecretaris aangepast) blijkt echter op geen enkele wijze dat de Provinciesecretaris die afspraken serieus heeft genomen:
(Bron: LinkedIn, 30 oktober 2021)
a. Hoe kijkt het college aan tegen het wel degelijk prominent vermelden van ACTIEVE nevenwerkzaamheden als consultant bij Marcel van Bijnen Consultancy door de Provinciesecretaris ondanks de afspraken die daar volgens de beantwoording van het college over zouden zijn gemaakt?
b. Kan het college concreet aangeven wat zij verstaat onder een ‘slapende onderneming’ en wat daarvoor de criteria zijn: hoe verhoudt dit zich tot bijvoorbeeld in een onderneming aanwezig zijnde eventuele financiële belangen, beleggingen, bedrijfsmiddelen en promotie/naamsbekendheid?
c. Wat vindt het college ervan dat de Provinciesecretaris een consultancybedrijf in het publieke domein heeft, met evidente risico's voor (de schijn van) vermenging of verstrengeling van belangen?
2. Volgens het college zou er vanwege de afspraken die bij de indiensttreding zouden zijn gemaakt: 'Daarmee is er geen sprake meer van mogelijke belangenverstrengeling in relatie tot de huidige functie van de heer Van Bijnen. In dit geval is vermelding op de provinciale website/het register van nevenactiviteiten dus niet nodig.'
a. Is het college net als de PVV van mening dat een slapend bedrijf vanuit het oogpunt van volledigheid en transparantie ook een vermelding moet zijn in het register van nevenfuncties, waarbij het slapende karakter uiteraard kan worden vermeld?
b. Kan het college aangeven waarom dit consultancybureau ook niet is vermeld in het overzicht ‘Loopbaan 1993-2017’ bij het profiel van de provinciesecretaris op de provinciale website[5]?
c. Kan het college aangeven waarom deze nevenfunctie nog steeds niet is vermeld op de provinciale website?
d. Kan het college aangeven of de nevenfunctie van het consultancybureau van de provinciesecretaris alsnog wordt opgenomen in zijn profiel op de provinciale website en in het register van nevenfuncties van ambtenaren?
e. Het register van nevenfuncties van ambtenaren heeft als peildatum 15 januari 2021 en met als verwachte update juli 2021. Kan het college aangeven waarom er per heden 2 november 2021 nog steeds geen update van dit register is?
f. Kan het college aangeven of met andere in dit register vermelde ambtenaren ook afspraken zijn gemaakt over het niet opnemen van ‘slapende ondernemingen’? Zo ja, is GS bereid deze alsnog bekend te maken?
3. Volgens het college heeft de Provinciesecretaris toestemming gevraagd aan het college voor deze nevenfunctie (antwoord vraag 1b: Ja, zie antwoord vraag 1a).
Hoe kijkt het college aan tegen het feit dat de provinciesecretaris toestemming vraagt voor een nevenfunctie, die vervolgens niet krijgt, maar er zich dan toch openlijk en actief mee profileert op zijn LinkedIn?
Namens de PVV Noord-Brabant,
Patricia van der Kammen
Alexander van Hattem