PVV Noord-Brabant: Turks ouderencomplex verpest leefbaarheid en integratie

De Brabantse PVV-Statenfractie vindt dat buurtbewoners van de Eindhovense wijk de Bennekel terecht klagen over de bouw van een woningcomplex exclusief voor Turkse senioren. Door de Provincie Noord-Brabant is geld beschikbaar gesteld voor dit project om de leefbaarheid in de wijk te bevorderen, maar het tegengestelde is het geval, nu de gemoederen hoog oplopen.

“Het door woningstichting Trudo te realiseren complex is een initiatief van de Turkse ouderenvereniging ‘Turk Odak’, die begeleiding met financiële steun krijgt van de provincie. Wij willen weten waarom de provincie investeert in een dubieus project dat de integratie van de allochtone oudere verstoort en segregatie in de hand werkt”, aldus de PVV Noord-Brabant. "Het is bovendien de wereld op zijn kop dat er een seniorencomplex wordt gerealiseerd waarin alleen mensen met een Turkse achtergrond mogen wonen, terwijl de normale verzorgingstehuizen door het kabinet gesloten worden. Terecht vragen ouderen in de buurt zich op hun actiepamfletten af waarom zij er niet mogen wonen."

In een lijvige set Statenvragen voelt de PVV het Brabantse college over dit thema in brede zin aan de tand. Wat boven tafel moet komen is waarom de provincie een project (financieel) lijkt te steunen dat een ongewenst onderscheid maakt tussen ouderen naar gelang cultuurspecifieke lijnen. Daarnaast wil de PVV ook weten waarom er bijvoorbeeld medewerking wordt verleend aan een in februari verschenen rapport van organisaties voor allochtone ouderen, waarin ook een loopje genomen lijkt te worden met broodnodige integratie, wat kritiekloos de islamisering van de (ouderen)zorg lijkt te accepteren en waarin segregatie bevorderend beleid wordt gepropageerd. Ook over de falende wijkenaanpak, waar de zogenaamde leefbaarheidsprojecten uit voortkomen, stelt de PVV zeer kritische vragen, nu gebleken is dat hieraan zonder duidelijke resultaten al jarenlang vele miljoenen zijn verspild. Onderstaand de Statenvragen:

 

Geachte college,

Woningstichting Trudo start volgend jaar aan het Willaertplein in de Eindhovense wijk de Bennekel met de bouw van een seniorencomplex, zo viel op 5 april jl. in het Eindhovens Dagblad te lezen. Op 10 april zijn de bouwplannen aan een zeer select groepje buurtbewoners getoond. Naar aanleiding daarvan zijn bezorgde buurtbewoners een handtekeningenactie gestart, omdat zij zich zorgen maken over mogelijke (parkeer)overlast.

Het seniorencomplex is een initiatief van de Turkse ouderenvereniging “Turk Odak’, die begeleiding met financiële steun krijgt van de provincie Noord-Brabant. De ondersteuning hierbij wordt verzorgd door het OVAA, door projectmanager Emin Ustumer, die vanuit de overdracht door Palet subsidie krijgt van de provincie voor de uitvoering van het traject “Woonvormen aangepast aan zorgbehoeften van Turkse en Marokkaanse ouderen”.

Dit roept bij de PVV fractie de volgende vragen op:

  1. Met welk doel geeft de provincie ondersteuning aan een project dat slechts gericht is op ouderen met één specifieke achtergrond – in dit geval de Turkse? Deelt u onze mening dat dit een vorm van discriminatie is en segregatie juist in de hand werkt? Zo nee, waarom niet?
  1. Het kabinet Rutte-2 werkt op grond van het Kunduz-akkoord helaas aan het sluiten van verzorgingstehuizen voor ouderen, deelt u onze mening dat het de wereld op z’n kop is om dan ondertussen wél ondersteuning te geven aan een seniorencomplex exclusief voor bewoners met eenzelfde cultuurspecifieke achtergrond? Zo nee, waarom niet?
  1. Op welke wijze en voor welke bedragen participeert de provincie in dit project? Welke andere partijen participeren in dit project en voor welke bedragen? Kunt u een volledig financieel overzicht en bestuurlijk organisatieoverzicht geven?

Volgens buurtbewoners is er op deze locatie aan het Willaertplein nu al regelmatig overlast van het naastgelegen “Fidan Gym”, met name tijdens kickbokswedstrijden/gala’s. Met de bouw van het Turkse seniorencomplex zal het braakliggend (parkeer)terrein verdwijnen waardoor de parkeerdruk- en overlast nog verder toe zal nemen. “Fidan Gym” is in het kader van wijkvernieuwing/krachtwijkenaanpak ondersteund door de gemeente Eindhoven en Trudo en wordt in het Buurtcontract Bennekel in één adem genoemd met het project van Turk Odak als “SHV2 - ontwikkeling Willaertplein”.

  1. Heeft de provincie ook direct of indirect ondersteuning verleend aan “Fidan Gym”? Zo ja, op welke wijze en voor welke bedragen? Deelt u onze mening dat de hierdoor door de buurt ervaren overlast juist contraproductief is voor de wijkvernieuwing/krachtwijkenaanpak en dit dus verspilling van belastinggeld is? Zo nee, waarom niet?
  1. Ondersteunt de provincie nog meer soortgelijke projecten die gericht zijn op een doelgroep met een cultuurspecifieke achtergrond? Zo ja, welke? Bent u bereid om deze voor de integratie contraproductieve en discriminerende projecten te beëindigen? Zo nee, waarom niet?
  1. Uit welke concrete projecten bestaat het traject “Woonvormen aangepast aan zorgbehoeften van Turkse en Marokkaanse ouderen” en welke bedragen zijn hiermee gemoeid?

In dit kader heeft de provincie Noord-Brabant ook haar medewerking verleend aan het in afgelopen februari verschenen rapport “TURKSE, MAROKKAANSE EN SURINAAMSE OUDEREN in NOORD - BRABANT Een inventarisatie” van PSOB en BOOG.

7.Waarom is de provincie Noord-Brabant betrokken bij het tot stand komen van een inventarisatie die zich sec toespitst op de leefsituatie van Surinaamse, Turkse en Marokkaanse ouderen? Zijn er kosten en/of fte's door de provincie bij deze totstandkoming gemoeid? Zo ja, welke?

8. In beantwoording op Statenvragen van de PVV d.d. 4 september 2012 heeft GS geantwoord dat de provincie Noord-Brabant géén integratiebeleid voert. Waarom wordt er dan wel ondersteuning en/of financiering verleend aan dit rapport?

De inventarisatie door PSOB en BOOG laat aan de hand van meerdere voorbeelden zien dat allochtone ouderen denken in oplossingen binnen de eigen groep, wat segregatie in de hand werkt en integratie zeer belmemmert. De inventarisatie zet hier geen kritische kanttekeningen bij, maar is positief over zaken als begeleiding in de moedertaal en huisvesting voor specifieke etnische groepen.

9. Is het college het met de PVV eens dat dit de verkeerde aanpak is voor het probleem van de ondermaatse zelfredzaamheid van allochtone ouderen in Brabant? Zo nee, waarom niet?

  1. Is het college het met de PVV eens dat een dergelijke aanpak volstrekt verkeerde signalen aan de samenleving geeft en dat veel meer toegespitst zou moeten worden op zaken als taalbeheersing, eigen verantwoordelijkheid en sociale participatie buiten de eigen etnische groep? Zo nee, waarom niet?

In de tekst van het rapport komen enkele passages voor die de PVV fractie de wenkbrauwen doen fronsen en de nodige vragen oproepen:

“Veel Turkse en Marokkaanse ouderen vertrekken in de zomer naar het land van herkomst om daar de zomermaanden door te brengen. Dat betekent dat veel mensen in die tijd niet te bereiken zijn.”

11. Hoe zouden zij dan moeten ‘functioneren binnen cliëntraden’ zoals in het rapport wordt voorgesteld? Hoe ziet het college dit in de praktijk?

“Allochtone ouderen nemen geen informatie op, behalve wanneer er voorlichtingsfilmpjes worden gemaakt met allochtone hoofdrolspelers.”

12. Zijn er bij het college concrete plannen voor dergelijke filmpjes bekend en worden deze filmpjes in een andere taal dan de Nederlandse gemaakt? Zo ja, welke en in hoeverre worden deze door de provincie gefinancierd of ondersteund?

Het rapport pleit voor “een spreekuur [...] op vertrouwde plaatsen, met deskundigen die de moedertaal spreken”.

13. Zijn hiervan concrete initiatieven bij het college bekend? Zo ja, welke en in hoeverre worden deze door de provincie gefinancierd of ondersteund? Ziet het college dit als bevorderlijk voor de integratie?

In het rapport zijn tal van voorbeelden te lezen van islamisering in de (ouderen)zorg, dit zonder enige kritische kanttekening.

14. De PVV fractie vraagt GS of zij kan uitsluiten dat met wat voor islamiserende eisen en wensen dan ook rekening wordt gehouden in het beleid. Zo niet, waarom en in hoeverre laat u de islamisering van de (ouderen)zorg toe? Onderstaand de desbetreffende voorbeelden:

"Ik wil niet dat mijn gehandicapte zoon naar een niet-islamitische dagopvang gaat".

 

"Als ik niet meer voor mezelf kan zorgen en mijn kinderen zorgen ook niet voor mij, dan wil ik in een islamitisch verzorgingstehuis".

 

“Akkaya noemt een verzorgingstehuis voor islamitische ouderen bittere noodzaak. Met een halal-keuken, een eigen gebedsruimte, een wasvoorziening en Turkssprekend personeel. De verzorgers hier proberen rekening met me te houden, door geen varkensvlees te serveren. Maar ik eet nu bijna elke dag hetzelfde. Vis, vis, vis. Ik proef het niet meer".

 

“Wat opviel was de enorme verscheidenheid in wensen. De ene wilde persé geen varkens op een zorgboerderij, voor de ander maakt het niks uit. De een wil geen hond in de buurt, de ander vindt dat juist gezellig”.

 

“Turken vinden het belangrijk dat, als ze dan naar eens verzorgingstehuis gaan, er meerdere Turken wonen, voor de Marokkanen is het belangrijker dat er andere moslims wonen, hun afkomst maakt dan minder uit”.

15. Is dit rapport bedoeld als een aanzet voor nog meer projecten voor woonvormen met een cultuurspecifieke achtergrond?

Uit verschillende onderzoeken is inmiddels gebleken dat “sociale wijkprojecten” – zoals het project van Trudo – nauwelijks effect hebben. Ook de Eindhovense rekenkamercommissie oordeelde afgelopen december dat de wijkenaanpak – vooral in haar doelmatigheid – onder de maat is. In dit gemeentelijke rekenkamerrapport wordt ook het project voor Turkse ouderen genoemd op blz. 42 bij vanaf 2012 te realiseren doelen: "Realisatie woonvoorzieningen jongeren (begeleid) en allochtone senioren".

16. Heeft het college kennis genomen van de conclusies van het gemeentelijke rekenkamerrapport en de verschillende onderzoeken op dit vlak? Hoe interpreteert het college deze conclusies ten aanzien van het gevoerde en huidige provinciale beleid op dit vlak?

Hoewel de provincie in het rapport niet direct wordt genoemd, is de provincie Noord-Brabant hierbij wel degelijk betrokken middels de verdeling van de GSB middelen (Grote Stedenbeleid/ISV). Over het provinciale GSB-beleid is in 2008 een evaluatierapport verschenen.

17. Is GS van mening dat de aanbeveling hieruit om in te zetten op “leefbaarheid in de wijken” voldoende is opgevolgd, nu na jaren van investeren de bevolking in een projectwijk als de Bennekel juist tegenover elkaar staat? Ziet u dit als een effectieve investering van grote sommen belastinggeld?

18. Wanneer verschijnt er weer een (tussen)evaluatie voor de volgende tranche van middelen voor stedelijke vernieuwing (o.a. ISV-3, met daarin ook sociale component)?

19. Voor welke bedragen is er sinds 2000 door en via de provincie Noord-Brabant geïnvesteerd en ondersteuning verleend in de wijkvernieuwing en krachtwijkenaanpak? Graag een gedetailleerde opgave. Op welke wijze en voor welke bedragen wordt door en via de provincie de komende jaren nog geïnvesteerd of ondersteuning verleend aan deze aanpak? Welk deel is bestemd voor de “sociale component”?

Hoogachtend,

namens de PVV Statenfractie Noord-Brabant,

Ronald Dol

Mariëtte Frijters-Klijnen

Alexander van Hattem

Patricia van der Kammen

Harry van den Berg

Jan Kerkhoff

Joyce Kardol