Provinciale Staten van Noord-Brabant in vergadering bijeen op vrijdag 21 juni 2013 ter bespreking van het voorstel voor Instelling van Fondsen tweede tranche Investeringsagenda,
Constaterende:
- dat het Centraal Plan Bureau aangeeft dat er als gevolg van de economische crisis een groot overschot aan energieproductiecapaciteit is;
- dat met name de huidige technieken van “hernieuwbare energie’-opwekking uiterst duur zijn in vergelijking met het opwekken van energie op conventionele wijze;
- dat vooral wind- en zonne-energie geen significante reductie van CO2-uitstoot bewerkstelligen vanwege haar wisselvallige aanbod van energie;
- dat het CPB concludeert “dat elke uitbreiding van de productiecapaciteit van electriciteit verliesgevend is”.
Overwegende:
- dat Brabant als slimste regio zijn kans moet grijpen met een combinatie van wetenschap en gezond boerenverstand.
Besluiten:
Ontwerpbesluit 42/13B beslispunt 2 te schrappen en te vervangen door de volgende tekst:
2a. € 50 miljoen van de middelen gereserveerd voor het 'energiefonds' onder te brengen in het innovatiefonds en te oormerken met als doel het faciliteren en steunen van fundamenteel wetenschappelijk onderzoek naar verbeterde en nieuwe energie-opslag en energie-opwekkingstechnieken en technologieën;
en
2b. €10 miljoen van de middelen gereserveerd voor het 'energiefonds' onder te brengen in het innovatiefonds en in te zetten voor voorfinanciering van onderzoek en proeftuinomgeving met betrekking tot isolatiemaatregelen voor energiebesparing. Middelen kunnen terugvloeien in het fonds via energiebesparing door de eindgebruiker tot dat de isolatiemaatregelen zijn afgelost. Proeftuindeelnemers kunnen bedrijven, overheden of particulieren zijn.
en gaan over tot de orde van de dag.
PVV Noord-Brabant
Patricia van der Kammen
Harry van den Berg
‘’De mening van de rechter in Breda, eind vorig jaar, was duidelijk: Iedereen die zelfs maar per ongeluk een beschermd exemplaar doodt, overtreedt de wet. En als dat opzettelijk gebeurt, is het zelfs een misdrijf’’, aldus PVV-er Harry van den Berg van de Brabantse Statenfractie in reactie op het stil leggen van het windmolenpark Sabina bij Moerdijk. Tijdens de Statenvergadering van 25 januari dient hij een motie in om verdere overtredingen en misdrijven te voorkomen.
‘’Om te voorkomen dat we allerlei juridische problemen krijgen, vraagt de PVV aan de provincie om alle molens waar eerder dode vleermuizen gevonden zijn stil te zetten en nieuwe projecten pas door te zetten nadat goed onderzocht is of er gevaar bestaat voor vleermuizen’’, aldus van den Berg, die de situatie vergelijkbaar acht met de vertraging van de aanleg van allerhande projecten die langdurig uitgesteld werden door de aanwezigheid van de Korenwolf.
‘’Ook hier is langdurig en grondig onderzoek op zijn plaats, je moet er niet aan denken dat wij als Staten met een misdrijf bezig zijn’’, aldus van den Berg, die niet schroomt te melden de hele windmolen- en CO2-handel op zich al als misdadig te beschouwen. ‘’Het wordt ondanks tientallen miljarden subsidie met die molens geen honderdste graad minder warm, het enige dat we bestrijden is de uitstoot van een gas dat planten beter laat groeien’’.
‘’In 2010 gaven we zo’n 2 miljard uit om de besparing het equivalent van 0,0001% van de Chinese CO2-uitstoot alleen al te realiseren’’. Volgens van den Berg, die de 1 tot 1,5 graad opwarming door CO2 juist als een positief effect beschouwt, moet deze kans dan ook aangegrepen worden om ‘’de fopoplossing voor een fopprobleem’’ daar waar mogelijk te stoppen.
Onderstaand de motie:
Constaterende dat:
- Nederlandse hoogbegaafde kinderen ten opzichte van andere landen minder presteren1;
- het aanvullend onderwijs voor hoogbegaafden pas vanaf 8 jarige leeftijd enigszins georganiseerd wordt aangeboden;
- er voor zeer hoogbegaafde kinderen momenteel onvoldoende lesaanbod is binnen het primair onderwijs en het "Leonardo"-onderwijs (speciaal voor hoogbegaafden) in zwaar weer zit en versplintert;
- te veel hoogbegaafde kinderen dusdanig gaan onderpresteren dat het talent geheel of gedeeltelijk verloren gaat.
Overwegende dat: