Voor degene die nog in sprookjes gelooft: 9 oktober is de opening van de expositie MozaïekBrabant met een heus Brabants vliegend tapijt. Vanaf die datum maakt het reusachtige tapijt een rondreis langs vijf locaties in Noord-Brabant om vervolgens een centrale plek te krijgen in het verbouwde provinciehuis.
Volgens de PVV in Brabant gelooft de provincie Noord-Brabant nog in Oosterse sprookjes. Fractielid Joyce Kardol: ‘’ Belachelijk dat aan dit soort elitaire hobby’s van de gedeputeerde belastinggeld wordt uitgegeven. Ook de provincie kan het geld maar een keer uitgeven. Nut en noodzaak van MozaïekBrabant en dit reizend tapijt is niet aangetoond. Daarnaast hebben we in Brabant een mooi provinciehuis met veel kostbare kunstwerken, daar hoeft er niet nog eentje bij.’’
Reden voor Kardol om Statenvragen te stellen over dit Brabants reizend tapijt.
Geacht college,
In de uitnodiging die namens gedeputeerde De Boer voor de expositie MozaïekBrabant op 29 september 2014 is verstuurd staat onder meer vermeld: ‘’U kent vast het vliegend tapijt in de Efteling. Maar wist u dat Brabant binnenkort ook een reizend tapijt heeft?’’. Dit roept bij de PVV de volgende vragen op:
1. Ons college gelooft schijnbaar nog in Oosterse sprookjes. Waarom moet de Brabantse belastingbetaler betalen voor de elitaire hobby’s van de gedeputeerde?
Hoogachtend,
Joyce Kardol
PVV Noord-Brabant
Provinciale Staten van Noord-Brabant in vergadering bijeen op 4 juli 2014,
behandelend het Statenvoorstel 47/A inzake Voorjaarsnota 2014;
constaterende dat
overwegende dat
roepen het College van Gedeputeerde Staten op om
en gaan over tot de orde van de dag.
Geacht college,
Bij brief van 17 april 2014 heeft de PVV schriftelijke vragen gesteld die op 13 mei 2014 zijn beantwoord via kenmerk 3565019[i]. Deze beantwoording, waarbij de vergoedingen voor de deelnemers van het urgentieteam, alsmede andere kosten, worden gespecificeerd, is aanleiding voor de PVV tot de volgende vervolgvragen:
1. Waar is de vergoeding van € 100 per uur op gebaseerd? Graag een duidelijke weergave van de opbouw van dit uurtarief.
2. Waarom heeft het college bij het vaststellen van de uurvergoeding geen recht gedaan aan de afspraken omtrent de Brabantnorm?
3. Bent u het met de PVV eens dat een vergoeding van € 100 per uur voor ambtenaren én medewerkers van een zwaar gesubsidieerde organisatie zoals de BMF veel te gortig is en niet valt uit te leggen richting de Brabantse burgers?
4. Wat is het uurtarief van de Brabantse Milieu Federatie (BMF) voor de reguliere provinciale subsidie? Graag een duidelijke weergave van de opbouw van dit uurtarief.