Voorzitter,
Het Statenvoorstel voor de Brabantse Aanpak Leegstand is een vrij wollig en weinig concreet programma, wat in de uitvoering nog allerlei richtingen op kan gaan. Het programma is meer een overkoepelende aanpak die met partners nader wordt uitgewerkt in subregionale agenda’s en waarbij de primaire verantwoordelijkheid bij de gemeenten blijft liggen. Voor dit college moet het bijdragen aan ‘maatschappelijke behoeften’, waaronder onder andere wordt verstaan woningbouw, circulaire economie, duurzame energie en sociale veerkracht. Hiermee trekt het college haar beleidsruimte zo breed dat het feitelijk een vrijbrief is om het leegstandsbeleid voor praktisch ieder doel in te zetten.
Voorzitter,
Vandaag ligt er wederom een begroting voor die niet de begroting is vóór de Brabantse burger, maar de begroting van de Brusselse belangen. De strategie van dit college lijkt vooral gericht op het vereenzelvigen met de agenda van Juncker en de provinciale agenda daar vervolgens doodleuk op aan te laten sluiten. Circulaire economie, duurzaamheid, sociale inclusie: de hele Brusselse bullshit-bingo passeert de revue in de plannen van dit college. Om daarbij vervolgens alle Brusselse regeltjes, co-financieringen en verplichtingen op de koop toe te nemen: ondertussen mogen de Brabantse burgers en bedrijven voor de consequenties van deze bestuurlijke eurofilie opdraaien.
Voorzitter, over het beleid rond VTH is veel discussie mogelijk, maar in voorliggende verordening zit de crux in artikel 3 inzake betrokkenheid PS: deze is slechts op hoofdlijnen, wat een rekkelijk en arbitrair begrip is. Bovendien stelt de toelichting dat “politiek-bestuurlijke overwegingen van gemeenteraad en PS (...) geen betrekking zullen hebben op de organisatorische kwesties van bezetting die tot de competentie van de directeuren van de diensten behoort.”