De PVV fractie vindt toerisme en recreatie van groot belang voor de Noord-Brabantse economie. Daarom heeft de PVV ook aangedrongen op een beleidsvisie ten aanzien van toerisme en recreatie om zo de regionale economie te stimuleren. Dat dit beleid ook noodzakelijk is, blijkt ook uit het volgende artikel uit BN De Stem[1]. Hierin wordt aangegeven dat een deel van de recreatieve parken criminaliteit aantrekt en vervallen zijn tot anonieme vrijstaten. De verloedering slaat volgens dit artikel zo hard toe dat sommige campings niet meer de naam 'familiecamping' mogen dragen. Uiteraard heeft dit geen positieve invloed op het toeristisch imago van onze provincie.
De Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (hierna: Wet Bibob) is een instrument waarmee een integere besluitvorming wordt bevorderd. Op deze wijze kan bijvoorbeeld het witwassen van geld worden tegengegaan. Het spreekt voor zich dat de PVV het uitgangspunt van deze wet omarmt. Op gemeentelijk niveau wordt, met succes[1], de wet vaak toegepast, met name in de horeca, de erotische branche en de kansspelenindustrie. Op provinciaal niveau wordt sinds 2009 de wet in Noord-Brabant toegepast bij de omgevingsvergunningen voor bedrijven in de vuurwerkbranche en de afvalindustrie[2]. Terecht want de Wet Bibob is op zichzelf een effectief middel[3].
Het is in tijden van recessie niet te verklaren aan de Brabantse burgers dat de spilzuchtige provincie een bedrag van 33,5 miljoen euro belastinggeld over de balk wil gooien met als belangrijkste doel het herinrichten van werkplekken naar flexplekken. Voor het flexibel werkconcept wordt een absurd bedrag van ca. 12.000 euro per werkplek begroot. De PVV voorziet een gouden toekomst binnen de provincie Noord-Brabant, maar hoeft dat beslist niet achter dito bureaus. PVV Statenlid Joyce Kardol stelt derhalve vragen aan Gedeputeerde Staten en vraagt zich af hoe de coalitie dit wil verklaren en met name de SP aan hun achterban. Voor toetreden tot het college waren zij namelijk tégen dit prestige project.