Het verdiepen van de N65 bij Vught is onzeker geworden vanwege budgetoverschrijding. Door het spoor door Vught niet te verdiepen kan de N65 gemakkelijk wel verdiept aangelegd worden, zo stelt PVV-statenlid Harry van den Berg: “Een aanzienlijk eenvoudiger operatie, waarbij veel minder huizen gesloopt moeten worden en al gauw 200 miljoen euro bespaard wordt”.

De Brabantse PVV had al eerder geageerd tegen het ruim 450 miljoen euro kostende plan voor een spoorbak in Vught. “Bijna een half miljard euro voor iets dat jarenlang het dorp op zijn kop zet en geen betere oplossing voor overlast biedt dan een spoortracé waarnaast fraaie, doorzichtige geluidsschermen geplaatst worden”.

De partij vindt dat, zeker nu een verdiepte N65 op losse schroeven komt te staan door budgetoverschrijding, de hele Vughtse situatie heroverwogen moet worden. “Spoor boven, snelweg verdiept: eenvoudiger, minder overlast, minder sloop en 200 miljoen euro goedkoper. Het is ons een raadsel waarom het vorige college deze variant weigerde uit te zoeken. Met het nieuwe college en de nieuwe omstandigheden is deze optie zeker de moeite waard om alsnog goed door te rekenen!”


Read More

Geacht college,


Volgens Brabants Dagblad van 23 juli 2015 hebben slechts 6 Brabantse gemeenten gehoor gegeven aan de opdracht van de provincie om vóór 1 juli 2015 een toekomstvisie in te sturen met daarin antwoord op de vraag of zij zelfstandig willen blijven. De overigen hebben uitstel gevraagd, een oud rapport ingeleverd, of helemaal niet gereageerd.[1]

Volgens de krant 'hoeven de nalatige gemeenten niet bang te zijn voor een tik op de vingers, zo blijkt uit een reactie van de provincie'.

Dat leidt tot de volgende vragen:

1. Volgens het college hoeven de nalatige gemeenten niet bang te zijn voor een tik op de vingers. Is het college net als de PVV van mening dat het college een brevet van bestuurlijk onvermogen afgeeft met deze slappe reactie?

2. Is het college in het algemeen bereid om te handhaven als zij opdrachten uitvaardigt? Waarom worden er in dit geval geen consequenties aan verbonden?

3. Is het college net als de PVV van mening dat de slappe reactie van het college een klap in het gezicht is van de gemeentes die wél gehoor hebben gegegeven aan de opdracht van de provincie?

4. Is het college net als de PVV van mening dat de reacties in de gemeente Nuenen van 5 augustus 2015 (Eindhovens Dagblad[2]) al een voorbeeld is van terechte onvrede bij gemeentes over de houding van de provincie?

5. Gezien zij zich graag op die wijze portretteert, beschouwt de provincie zichzelf nog steeds als een excellente netwerkorganisatie met een uniek verbindend vermogen, nu een groot deel van de directe samenwerkingspartners -nota bene partners met wie een toezichtsrelatie bestaat- niet eens op een verzoek reageert?

6. Worden betreffende gemeenten die geen gehoor hebben gegeven aan de opdracht van het college nog wél uitgenodigd voor de nieuwjaarsreceptie en andere netwerkfeestjes? Zo ja, waarom?

7. Is het college net als de PVV van mening dat de lage respons op de opdracht van de provincie sowieso een glashelder signaal is dat het project herindelen nu al faliekant mislukt is? Zo nee, hoe duidt het college de lage respons dan?

8. Is het college bereid haar planning rondom de herindelingen te laten varen en gemeentes ruimte en vrijheid te geven om via zelfgekozen routes en tijdpaden herindeling, fusies en/of samenwerkingsverbanden aan te gaan? Zo nee, waarom is het college niet bereid de leiband los te laten en de gemeentes hun vrijheid terug te geven?

Hoogachtend,

Namens de PVV fractie Noord-Brabant

P. van der Kammen


[1] http://www.bd.nl/regio/brabant/brabantse-gemeenten-slaan-opdracht-provincie-in-de-wind-1.5103698

[2] http://www.ed.nl/regio/geldrop-e-o/nuenen/w70-nuenen-kan-prima-samenwerken-in-toekomst-met-enkele-buurgemeenten-1.5129813?ref=regio_geldrop-e-o_nuenen-category_header

 

Beantwoording: pdfNalatige_gemeenten_toekomstvisie_beantwoording_dd_25-08-2015.pdf

Met verbazing heeft de PVV kennis genomen van de GS-besluitenlijst van 14 juli jl.1 De punten van deze lijst doen overkomen alsof het eerder een EU-besluitenlijst betreft dan een besluitenlijst van het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant. Deze lijst roept bij de PVV dan ook de volgende vragen op:
  1. Is het college het met de PVV eens, dat de besluitenlijst van 14 juli het beeld schetst dat de provincie Noord-Brabant overwegend slechts bezig is met het uitvoeren van de bestuurlijke agenda van Brussel? Zo neen, vindt het college het dan niet samen met de PVV kwalijk dat de EU-bemoeizucht al zo ver reikt dat GSvoor de helft van zijn vergadering met EU-beleid bezig is?  
  1. Kan het college duidelijk maken wat voor de hardwerkende, belastingbetalende Brabanders nu precies de concrete meerwaarde is van projecten die gaan over zaken als Europese kennisdeling over eerlijk delen van zoetwater (Water-GO!)? Hoeveel cofinanciering moet er bij een dergelijk project en betekent de implementatie ervan ook dat er weer allerlei EU-regels aan de provincie opgedrongen worden?
 
Namens de PVV Noord-Brabant,
 
Joyce Kardol