Voorzitter hier staan we weer.
In 2017 zei de PVV al dat deze zogenaamde transitie veehouderij onhaalbaar was.
Toen zei ik het volgende: “De boeren gaan de komende jaren door de aankomende stikstof maatregelen een bak extra regelgeving vanuit de EU en Den Haag over zich heen gestort krijgen.
En waarom wil deze provincie ook hieraan meedoen? Waarom wilt u de Brabantse kleine gezins- en familiebedrijven opzadelen met nog meer doorgeslagen milieuregelgeving?
De PVV is voor een schoon milieu.
De PVV is voor het handhaven van de wettelijke bepalingen.
Wij waarderen het zelfs dat de provincie zich wil inspannen om op bepaalde onderdelen verder te gaan dan de wettelijke bepalingen. MAAR dan moet het wel puur bij inspannen blijven, de PVV is tegen elke vorm van sancties of andere dwangmaatregelen om bovenwettelijke eisen af te dwingen.
De PVV vindt dat maatregelen omtrent milieu landelijk gemaakt moeten worden om verschillen tussen provincies te voorkomen.
Het kan niet zo zijn dat stoffen in Brabant wel als schadelijk worden gezien en daarom verboden worden maar dat ze in een andere provincies weer wel zijn toegestaan.
“De provincie neemt maatregelen om de soortenrijkdom te behouden en het natuurbeheer te stimuleren. We richten ons niet alleen op de Brabantse natuurgebieden, maar we zetten in op een natuur inclusieve samenleving. Dat wil zeggen dat we in alle delen van Brabant schade aan natuur voorkomen en de mogelijkheden van natuur benutten. Daarmee zorgen we ervoor dat onze kinderen niet de rekening gepresenteerd krijgen van het verlies van natuur.”
Dat klinkt op zichzelf nobel en ook de PVV wil graag onze natuur behouden. Maar wat zien we in de praktijk. Dat er vorig jaar 250.000 migranten naar Nederland emigreerde. Dat zijn meer mensen dan Eindhoven aan inwoners heeft.