Schriftelijke vragen van de Partij voor de Vrijheid Noord-Brabant aan het college van Gedeputeerde Staten op grond van artikel 43 van het Reglement van Orde.
Betreft: Windmolens op industrieterrein De Brand in 's-Hertogenbosch
Geacht college,
In Den Bosch zijn er concrete plannen voor het realiseren van een windindustriegebied bij bedrijventerrein De Brand. Gezien het geplande opgesteld vermogen van de windturbines is de provincie in dit project het bevoegd gezag.
De PVV-fractie heeft de volgende vragen aan het college:
De website van het Brabants Dagblad vermeldt vandaag het bericht ‘Den Bosch verzamelt ideeën om otter terug te krijgen in Moerputten’, waarin een duidelijke rol wordt weggelegd voor de provincie: “De provincie en Den Bosch willen kijken of het mogelijk is om op termijn de otter terug te laten keren in de Brabantse natuur.”[1]
De otter maakt samen met het edelhert, de lynx, de bever en de wisent deel uit van de ‘Big Five’ waarover Provinciale Staten op 21 september 2012 motie M11 hebben aangenomen, waarin GS wordt verzocht ‘met kracht af te zien van het door de provincie introduceren van “Big Five” in Brabant’.
Dit roept bij de PVV fractie de volgende vragen op:
De PVV-fractie in Noord-Brabant dient morgen, 12 december, een motie in om te voorkomen dat er windturbines op industrieterrein De Brand bij Den Bosch komen. Volgens de partij leveren de molens weinig stroom, maar wel veel overlast voor duizenden omwonenden en een op steenworp afstand gelegen kinderdagverblijf. De PVV wil helemaal geen windturbines, woordvoerder Harry van den Berg noemt ze "een technisch zeer geavanceerde draaiende belediging van het gezond verstand".
"In Houten staat een dergelijk windpark ook dicht op woningen en het regent er klachten. Bij Den Bosch waait het nog minder dan in Houten, hetgeen betekent dat per 170 meter hoge molen het totale energieverbruik van slechts zo'n 100 huishoudens wordt "vergroend". Bijna twee keer de hoogte van het Provinciehuis voor anderhalve straat, met 4 miljoen euro subsidie is dat een schandalige 40.000 euro per huishouden: dat moeten we niet willen".