Verbonden partijen en deelnemingen

Voorzitter, zoals reeds in de commissie aangegeven is het in de basis prima om sturing, samenwerkingsrelaties en verbonden partijen bijeen te brengen en hernieuwde uitgangspunten daarvoor te benoemen.

De PVV is nog niet op alle punten overtuigd en wil daar graag nog aandacht voor vragen.

Voorzitter, er wordt als aanleiding voor dit stuk gesteld dat er ontwikkelingen en kansen zijn waar het provinciebestuur maximaal op wil kunnen inspelen. Het gaat om flexibel kunnen opereren in het concept van netwerksturing en door verschillende vormen van samenwerking aan te kunnen gaan de effectiviteit te verhogen. Aldus de notitie.

Voorzitter, de PVV vindt dat de overheid niet de juiste organisatie in de maatschappij is om te experimenteren. Wat de PVV betreft moet trendy en hip zakendoen, onder noemers zoals flexibel opereren en netwerksturing vooral worden overgelaten aan trendy en hippe private partijen. Overheden moeten vooral degelijk en sober hun kerntaken uitvoeren. 

Read More

Voorzitter,

 

De PVV wil een tweetal punten naar voren brengen over deze nieuwe financiële verordening.

 

Een eerste punt betreft de niet-inwerkingtreding van artikel 10 uit deze verordening. Dat gaat over de verplichting om een beheersstatuut in het leven te roepen voor het ontwikkelbedrijf en het grondbeleid, en dat te laten autoriseren door Provinciale staten. Omwille van verwijzing in het beheersstatuut naar het FBBV gaat het artikel gaat pas in werking als het college van GS dat wil.

 

De PVV wil in dat kader twee vragen stellen:

 

1. Zijn er naast het beheersstatuut van het ontwikkelbedrijf en het grondbeleid nog meer reglementen, verordeningen, richtlijnen of iets dergelijks die verwijzen naar het 'oude' FBBV?

 

2. Ambtelijk is aan de PVV gemeld dat het gaat om een puur juridische reden. Kan het college volledig uitsluiten dat er redenen van politieke, strategische of bestuurlijke aard zijn die ook aan de niet-inwerkingtreding ten grondslag liggen of daar een rol in spelen?

Read More

Voorzitter,

De second opinion die is uitgevoerd naar aanleiding van stevige twijfels over het realiteitsgehalte van het LPM plan was glashelder, en het was beslist geen optimistisch verhaal. Dat moet slikken zijn geweest voor het college, die echter de second opinion vervolgens van tafel veegde en schaamteloos een juichverhaal de pers ingooide.

Dit statenvoorstel over de havenstrategie slaat die plank ook volledig mis.

Er zijn heel wat inhoudelijke bezwaren op het voorliggende plan van de Havenstrategie aan te voeren. Ik noem kortheidshalve slechts de belangrijkste, en die zijn in de kern te vervatten tot twee begrippen, namelijk onzekerheid en enorme financiële risico's. Het gaat dan om de fasering van de planontwikkeling, en om de gigantische financiële risico's in verband met het uitgiftetempo en de verkoopprijs van de grond.

Read More